Heb jij wel eens stil gestaan bij het
verschil tussen dag en nacht?
Op de dag kijk je gemakkelijker bij jezelf
vandaan.
In de nacht is dat veel lastiger.
Dan is je aandacht meer op jezelf gericht.
Is dat lastig?
Of kan je daar ook voordelen in zien?
Natuurlijk zijn die er.
Alles heeft immers twee kanten.
Zelfs in het donker, zijn er lichte kanten.
Wanneer je je signalen en tekens niet in de
verte kan waarnemen,
dan zullen de tekens in jezelf veel duidelijker
zijn.
Je zal er meer je focus op leggen en dus
zal je ze gemakkelijker herkennen.
Wanneer je minder kan zien,
zal je gaan voelen.
Zal je gaan ruiken.
Zal je voorzichtig met het verzetten van
je voeten zijn.
Wanneer je het één niet kan gebruiken,
zal je het andere meer ontwikkelen.
Wij weten het van mensen die slecht of niets
zien, die horen heel scherp.
Mensen die slecht horen,
die zien en gebruiken hun zicht sterker.
Wanneer je nooit in het duister hoeft te
vertoeven, zal je minder van jezelf
ont-wikkelen.
Het is dus helemaal niet zo slecht om
af en toe in een donkere periode te zijn.
De processen zijn daarop ingesteld.
Zo zal je veelzijdiger worden.
Het is ook de manier van hoe je ermee
omgaat.
Richt je je op het duister,
dan zal je het licht niet gemakkelijk zien,
dat er wel altijd is.
Richt je je op het kleine beetje licht dat
je weet te ont-dekken, dan zal je
merken dat je je steeds gemakkelijker kunt
bewegen.
Des te meer je loslaat, des te gemakkelijker
het wordt.
Kijk niet naar wat er niet is.
Kijk naar wat er WEL is.
Dan mogen ook die andere bijzondere
eigenschappen tot ont-wikkeling komen.
Het is bijzonder om te zien,
hoe dingen werkelijk in ons tot ontwikkeling
mogen komen.
Het is bijzonder dat juist voor ons gevoel
in de duistere periode, zoveel gezien mag
worden.
Alles heeft twee kanten.
Het licht is er altijd.
Het heeft ook het duister nodig.
De verbindingen met het universum worden
dan sterker voelbaar.
De maan vertelt het ons iedere nacht.
Namasté
Ik zie het licht
Martha Krul