Jij kwam op de wereld in een verdichte energie.
Gedompeld in duister.
Gevoed door onrust en onveiligheid.
Wat er gezegd werd, had je te gehoorzamen.
Je ouders, het bestuur, de kerk.
Heb uw naasten lief gelijk uzelf.
De dogma’s leerden ons onszelf weg te cijferen.
Jij deed er niet toe.
Volgen moest je, en vooral gehoorzamen.
Nu zijn wij in een geheel andere energievorm.
De hogere dimensies die ons weer opnieuw wijzen
op het bijzondere van de menszelf.
Opnieuw komt het grootste gebod in beeld.
De kerk wilde je laten voelen dat jij alleen goed was
wanneer je er voor de ander was.
Jezelf uitputten, dan was je bijzonder.
De martelaarsrol was er voor jou.
In deze tijd wordt de mens ontdaan van die oude,
zware delen die er door de eeuwen heen omheen
werden gehangen.
Het is de mens die de spil is in de nieuwe tijd.
Ieder mens is uniek in zijn/haar wezen.
Ieder mens zo prachtig.
Soms zo lastig om die wending volledig op zijn
plek te laten vallen.
Van martelaar naar de spirituele mens.
Van gehoorzamen, naar de mondige mens.
Ieder mens komt nu voor het voetlicht.
Ieder mens wordt ontdaan van oude, dikke lagen.
Het voelt nog niet voor iedereen vertrouwd.
Iedereen treedt voor het voetlicht.
Wij zijn gezien.
Wij laten ons zien.
Wij hebben een lange weg afgelegd.
Wij kwamen van de ander op de eerste plek.
Dat gaf vaak binnenin ons opstandige gevoelens.
Het was tegen de aard van de mens in.
Maar de mens had te gehoorzamen.
Nu is een groot deel van die weg afgelegd.
De mens is zich aan het ONT-dekken.
Laag voor laag wordt afgepeld.
De mens laat zien wie hij is en waar hij/zij voor staat.
Komt in liefde en deelt zijn/haar licht en liefde.
De mens van de nieuwe tijd weet wie hij/zij is.
Laat zich stralend zien in het nieuwe licht.
Hij is daardoor een baken voor de mens die nog
niet zover ONT-dekt is.
De lichten worden feller.
De lichten verbinden zich.
Vormen een warm, liefdevol raster van licht.
Alles komt op zijn plek te vallen.
Je innerlijke stem is je verbinding.
Je eigen kruik eerst.
Jij bent het waar het om gaat.
Wanneer jij niet op je eigen benen staat,
kan je niet tot steun zijn voor de ander.
Niet de ander, maar jij bent het anker.
Zet je schrap en de ander kan leunen.
Jij bent verbonden met de BRON van licht en liefde.
Daardoor brandt jouw licht fel.
Daardoor kan die ander je vinden.
Komt hij voor steun, dan sta je in je kracht.
Zonder dat je het beseft vorm je een krachtig
onderdeel van de nieuwe basis van de nieuwe samenleving.
Jij bent tegen de stroom ingezwommen.
Jij hebt je krachten ontwikkeld.
Jij bent op de plek gekomen, die voor jou bedoeld was.
Jij bent er voor jezelf en daardoor voor de ander.
Namasté
Ik zie het licht
Martha Krul