Wij gaan door een bijzondere tijd.
Het ene bijzondere moment is nog niet uitgekristalliseerd of
het volgende dient zich aan.
Daardoor zitten wij constant in stromingen van krachtige energieën.
Dag en nacht gaat dit proces door.
Vanaf de tijd van Atlantis werd de mens het recht op een vrij bestaan
ontnomen.
Geen rechten, alleen plichten.
Voldoen aan hetgeen ons opgelegd werd van hoger hand.
Wie die hoger hand was, dat hadden ze zelf bepaald.
De elite had zich een plek verworven en de ander werd de rechten
ontnomen.
Een hele speciale manier van slavernij was op die manier ontstaan.
Nu zijn wij duizenden jaren verder en eindelijk verandert de mens
van binnen en van buiten.
De mens voelde dat het niet klopte, zoals de wereld werd bestuurd.
De mens zwoegde en kwam eigenlijk niet verder met zijn eigen plan.
Alles werd omgezet naar materie.
De mens kreeg geen ruimte om zich naar eigen gevoelens te ontwikkelen.
Nu komt er een einde aan die periode na de val van Atlantis.
Wij zijn door de vele levens, die wij in die duizenden jaren hebben
geleefd, omgevormd naar luisteren naar de ander.
Leven onder invloed van de buitenwereld.
Toch bleef onze binnenwereld altijd een rol spelen.
Onze gevoelens zijn nooit helemaal uitgeblust.
Er is altijd een vuurtje in ons blijven branden.
De transformatie maakt ruimte voor dat kleine vuurtje.
Het vuur mag nu weer oplaaien en ons hart verwarmen.
De transformatie brengt ons terug naar onze manier van denken
en leven vanuit die tijden van Atlantis.
De planeten hebben hun stand weer ingenomen.
De transformatie is niet iets van de aarde, het is een universeel gebeuren.
Waarom zou je dat oplaaiende vuurtje willen doven.
Omdat het je af en toe op niet begrepen momenten, verhit?
Wanneer wij die hitte via ons denken aan onszelf uitleggen,
dan kan het zijn dat wij ons innerlijk vuur willen doven.
Maar dat innerlijk vuur dat oplaait door die transformatie,
brengt ons naar zuivering.
Die zuivering is nodig om de lagen van ons af te halen, die ons
innerlijk vuur belette te branden.
Ons denken leidt ons af van de oorsprong van onze transformatie.
Daardoor komen wij in strijd met onszelf.
Het ego is verbonden met onze herinnering.
Die herinnering is verbonden aan een periode waar wij niet blij
van werden.
Angsten en ego brengen ons in strijd met onszelf.
Wanneer wij voelen, dan merken wij dat ons hart wil spreken.
Wanneer wij onszelf omarmen, dan voelen wij dat ons hart en onze
ziel aan het verwarmen zijn.
Die warmte is verbonden aan onvoorwaardelijke liefde.
Die warmte kreeg geen kans meer om ons te verwarmen.
Wij verkilden en hadden moeite om ons hoofd boven water te houden.
Het tij is gekeerd.
De vlammen laaien op.
Geloof je ego en je angsten niet en ga het vuur niet doven.
Laat je strijd met jezelf los en stroom door de golven van licht
en liefde en voel dat alles weer begint te fonkelen.
De kristallijne energie heeft zijn intrede gedaan.
Wij hoeven alleen maar te ontvangen en dan voelen wij dat die
transformatie een stroming is, die niets met een strijd te maken heeft.
Geef jezelf de ruimte en geniet van alles dat van je afvalt.
Geef je innerlijke vuur de ruimte en wordt de mens die je ooit was en
dat je sinds de val van Atlantis werd ontnomen.
Keer terug naar je eigen oorsprong, dat kan geen strijd zijn.
Dat is een feestelijke gebeurtenis en dat doet het vuur versterken.
Namasté
Ik zie het licht
Martha Krul